Pagina's

31 mei 2010

Bart en Brussel

Bart De Wever heeft geen idee wat hij met de hoofdstad aanmoet, maar hij weet één ding: Brussel is hem geen burgeroorlog waard. Je denkt: is hier dan serieus over vergaderd? Zijn er lijstjes opgesteld met pro en contra’s? Of is ergens tussen pot en pint, na een lange nacht op café, beslist: “Brussel, burgeroorlog? Hmm, toch maar niet.”

“Wat met Brussel, eens België tot een confederale brij verdampt?” De vraag lijkt wel taboe in de Vlaamse pers. Siegfried Bracke heeft zowat aan elk medium een –volledig exclusief- enkel, dubbel- en groepsinterview gegeven en niemand die naar zijn oplossing voor het ‘probleem’ Brussel peilde. Toen hij nog geen politicus was maar een gevreesd politiek journalist, gaf de NVA-er in spe zelf het voorbeeld. We citeren Jan Peumans, te gast bij Bracke op vrijdag: “En nu ga je me iets vragen over Brussel?” Siegfried stelde hem onmiddellijk gerust: “Helemaal niet.”

Franstalige journalisten hebben gelukkig minder schroom en durven Bart de Wever wel op de rooster leggen. En zo lazen we onlangs dat de NVA het Brusselse Gewest wil opdoeken. Hupsakee, gedaan met die bende knoeiers, onder Vlaamse en Waalse voogdij ermee. Opgeruimd staat netjes.

Voor Vlaanderen: ontvoogding. Voor Brussel: voogdij. Zelfbeschikkingsrecht voor alle volkeren, elke dwerggemeenschap zijn eigen hymne en vlag, met uitzondering van de Brusselaars. Zonder taaleenheid, geen recht van spreken.

Ik besef: elk beetje Vlaams-nationalist loopt verloren zonder duidelijke afbakening. Mijn erf, jouw erf en daartussen een hoge heg. En oh wee als te tak van de buren overhelt. Brussel is altijd meer een gevoel geweest dan een grond, meer toekomst dan territorium. En dus bijna per definitie onbegrensbaar. Daarom heeft de hoofdstad een voogd nodig: om klare lijnen te trekken in deze flou aan talen en culturen. Ieder in zijn hokje. Koest en af.

Nee, serieus. Hoe gaat dat concreet in zijn werk, die voogdij? Men schaffe het Brussels Parlement af, en dan? Zal Michel Doomst, burgervader uit Gooik, over het lot van Brussel mogen beslissen? Of krijgen enkel de zes Vlaamse Brusselaars spreekrecht? Laat de meerderheid in het Vlaams Parlement beslissen en Brussel wordt een pendelparadijs, met extra snelwegen en ondergrondse gangen tussen station en kantoor. Vlaanderen ziet zijn hoofdstad nu eenmaal minder graag dan Wallonië. De cijfers spreken voor zich: het Vlaams Parlement telt zes Brusselaars (op 124 parlementleden), het Waals Gewest heeft 19 Brusselaars (op 75 parlementsleden).

Is Brussel dan het aards paradijs? Nee, om de hoofdstedelijke problemen grondig aan te pakken is een meer efficiënte en vereenvoudigde structuur nodig. Maar laat ons het Brussels Gewest in de eerste plaats sterker maken, niet zwakker.

Het blijft een doorn in het oog van het Vlaams nationalisme: België mag dan al verdampen, eens de rook verdwenen, blijft er altijd een kwalijk redisu over. Brussel: ondoorspoelbaar, onoplosbaar.

Maar er is dus geen reden tot paniek, hoe hoog de N-VA op 13 juni ook mag pieken. Bart De Wever heeft het klaar en duidelijk gezegd: er zal geen bloed om Brussel vloeien. Net daarom is er één bevoegdheid die de oppergod van de N-VA in federale handen wil houden: het leger. Ook hij weet: bij zijn achterban lopen mannetjes rond die je beter geen wapen en uniform toevertrouwd.

Geen opmerkingen: